Zoeken in deze blog

woensdag 16 oktober 2024

Het is een kunst om ook een beetje ongelukkig te zijn

 

Gesprekken



Sinds enkele weken zijn we in een nieuw seizoen aanbeland. Ben benieuwd wat de herfst dit jaar voor ons in petto heeft. Steeds meer worden we verrast door bijzondere weersomstandigheden heb ik het idee. Maar het begin van de Herfstperiode dit jaar was het weer ons goed gezind. Heerlijke temperaturen om erop uit te trekken Dat merkte ik op een zaterdag in die mooie periode op de fiets toen ik onderweg was naar een winkel in een dorp iets verderop. Het was druk op het fietspad met fietsers, maar ook met wandelaars. Mij tegemoetkomend twee fietsers, een wat oudere man en een jonge man. In het voorbij gaan ving ik de woorden van de oudere man op: “Wat zou je het liefst willen doen?” Al doorfietsend dacht ik na over deze vraag. Misschien waren het vader en zoon? Wat was de reden van die vraag? Waar ging het om? Ik zal het nooit te weten komen, maar om de één of andere reden intrigeerde het mij. Op de terugweg passeerde ik twee wandelaars. Een wat oudere dame en jonge vrouw. Ik hoorde de jonge vrouw zeggen: “En steeds loop ik altijd achter de feiten aan,” Ook hiervan zal ik de reden waarom die opmerking werd gemaakt nooit kennen. Onderdelen van gesprekken opvangen waar ik niets mee kan, maar mij toch ten gehore komen. Of…, misschien waren ze juist wel voor mij bestemd?! “Wat zou je het liefst willen doen?”  Die vraag betrekken op mijn eigen situatie. Mijn leven, mijn toekomst, mijn dromen waarmaken, wel, of geen partner. En de opmerking: erachter, of samen voegen. Een vraag- en constatering stelling waar over valt na te denken.

Tijdens het wandelen en fietsen kan ik mijn gedachten laten gaan. O.a. over de les die ik aan het voorbereiden ben voor mijn cursisten met als titel: ‘Het is een kunst om ook een beetje ongelukkig te zijn’ Het betreft een artikel uit  het boek van de Vlaamse psychiater Dirk De Wachter. Hij benadrukt vooral het feit, dat alles leuk, leuk, leuk moet zijn, maar er weinig aandacht wordt gegeven aan verdriet. En dat verdriet ook bij het dagelijks leven behoort. Hij beschrijft het individualisme in de tegenwoordige tijd.

Na het lezen en het begrijpen van de context bespraken we wat de sociale media met ons doet. De cursisten lezen en spreken het Nederlands op B1/B2 niveau. En dat is een prima niveau om een discussie te voeren. Eén opmerking vond ik wel gevat: Zelfs op verdrietige berichten op Facebook reageren veel mensen dikwijls met een like.” Eén van hen zei: ‘het is veel makkelijker om te reageren op leuke dingen, dan op verdrietige’. En… aan mijn partner laat ik niet zo gauw merken, dat ik niet gelukkig ben’. Gewoon, omdat ik hem niet verdrietig wil maken, maar ik mij dan ook kwetsbaar voel’. Het is veel makkelijker om gevoelens te delen met vreemden, dan met een eigen partner. Daarom hebben psychiaters het in deze tijd zo druk volgens De wachter. Als ik op de fiets oortjes in had gehad, had ik die delen van gesprekken niet opgevangen. Ik was betrokken bij de geluiden om mij heen, zonder mij af te sluiten in mijn eigen wereld, hetgeen veel mensen doen. Uren bezig zijn met de Smartphone, in bus, in de trein, op een bankje in het park. Tijdens het wandelen denk ik veel, ja, maar heb ook oog voor wat er om mij heen gebeurt. Daardoor voel ik de wind in mijn haren, voel de zon op mijn gezicht, zonder dat ik afgeleid wordt wat ik hoor in mijn oortjes. Ik ben meer in de gelegenheid om aandacht te schenken aan mensen die ik tegenkom. Maak een praatje en daardoor ben ik ook meer in de gelegenheid om iemand te ontmoeten. Dikwijls kom ik dezelfde persoon tegen en dan stoppen we even en vragen hoe het gaat en hebben het over e.o.a. actualiteit. Deze ontmoetingen geven invulling aan mijn leven.

“Wat zou je het liefst willen doen?’ Die vraag is wel makkelijk te beantwoorden. Nou, ik zou nog wel meer willen schrijven, maar soms zit er een blokkade en lukt het niet. Diep in mijn hart wel een leuk iemand willen ontmoeten, een reis maken naar Madeira. En achter welke feiten ik dan zou aanlopen, daar ben ik nog niet uit.


 

        

zondag 6 oktober 2024

Laan der Liefde

 



Laan der liefde

 

Veilig en beschermd voelt het onder een paraplu van bladeren.
Door het roodbruin gekleurde dak schijnen kleine lichtjes op onze gezichten,
Ze strelen onze ineengestrengelde handen en verwarmen onze aderen.
We zijn dronken en beneveld door de roes van liefde, maar
de lichtjes dansen en springen voor ons uit om ons pad te belichten.
Je handen om mijn gezicht vormen een hart waarin lippen minnen,
zoals het hart in een knoestige oude beuk,
een liefdesruimte waarin insecten vrijen en elkaar vinden.
In diepe stilte kerven we onze namen in die oude beuk.
We hoorden een specht zijn roffel slaan
Onder het suizend loof wandelen we voort.
Wij wensen, dat het leven hier en onze liefde eeuwig zal blijven voortbestaan.

 

Maar dan valt alles uiteen.
Het stort in als een kaarten huis,
of als een zandkasteel bij vloed,
of als een gammele stoel.
En dan komt de regen.
Mijn droom spat uiteen in de druppel die valt in de palm van mijn hand.

 

zondag 8 september 2024

Legofilius Peppeldam

 

Je moet niet verdrietig zijn…




Legofilius Peppeldam… familie van Loesje, een beetje vreemde poét, met filosofische gedachten en verrassende uitspraken. Overigens net zoals alle afbeeldingen en soms scherpe teksten van Loesje. Teksten die mij in elk geval aan het denken zetten. De liefde van neef Karel bijvoorbeeld. Neef Karel houdt van het leven. Al zijn tijd heeft hij daarvoor nodig, hij heeft dus ook geen baan. Maar wel alle tijd voor iedereen om het leven te overdenken. Een mooie gedachte natuurlijk om aandacht te hebben en te geven aan anderen, maar in het werkelijke leven zullen velen daar toch anders over denken.

Een uitspraak van hem: “Stel je eens voor, dat je je baas vaker ziet dan je geliefde.”

 

“Taal heeft een schoonheid die niet te beschrijven valt.”

Als taalcoach wordt ik helemaal blij van die uitspraak van Legofilius Peppeldam. “Je moet niet verdrietig zijn”, zei eens een cursist tegen mij na een conflict waarbij hij ook aanwezig was en ik mij als vrijwilliger verdedigde in de mogelijkheden om vrij te zijn in taalles te geven. Aangepast aan de cursist en niet volgens strak aangevoerde regels. “Je moet niet verdrietig zijn”, van die opmerking kreeg ik een warm gevoel, verrast door het begrijpen van de situatie en het uitdrukken van medeleven in de nieuwe taal die hij aan het leren was. Deze reactie ontroerde mij op dat moment vele malen meer dan een arm om mij heen , of een handdruk, of welke andere handeling dan ook.

Ik zag je schrijven

denkend in je eigen taal,

om je verhaal uit het land dat je moest verlaten

om te zetten in tekst

die wij als ‘nieuwlanders’ begrijpen allemaal.

Communiceren is niet alleen spreken, maar ook schrijven, lezen, luisteren. Ik ben trots op mijn cursisten die zo hun best doen om de nieuwe taal onder de knie te krijgen.

“Laat de verbinding niet wegvallen”, een uitspraak van Loesje die kan gelden op vele vlakken. Bij het online Daten bijvoorbeeld, dit gezegde vind ik bij deze manier wel komisch! Maar ook bij de band met familie, vrienden, en in een relatie: “Laat de verbinding niet wegvallen.” In de loop der tijd heb ik met de cursisten een band opgebouwd. De cultuur van hen proberen te leren kennen en vooral proberen te begrijpen. Wederzijds zullen we steeds moeite moeten blijven doen om elkaar te begrijpen en vooral steeds moeite blijven doen om elkaar te verstaan. Dat laatste zowel letterlijk, als figuurlijk.

 In het algemeen wil ik ter afsluiting nog dit gezegde toevoegen:

“Luisteren is horen wat er niet gezegd wordt”

 

 

 

 

Brieven

 



Schoenendozen vol met…

vul maar in…, vol met allerlei bewaarsels. Vol met liefde, een brief van mijn eerste vriendje en verloofde, liefdesbrieven van mijn man die maandenlang op zee vertoefde, ontroerende kinderlijke briefjes van vriendjes. Vol met foto’s die nergens bij hoorden, niet bij een vakantie, een reis, of wat dan ook, maar toch een gebeurtenis vertegenwoordigen die ik belangrijk vond om te bewaren. Geboortekaartjes, Huwelijks aankondigingen, kaarten met overlijdensberichten. Allemaal betrekking op mijn familie en naaste vrienden. Schoenendozen zijn stevig, hebben een handig formaat om te stapelen. Door de jaren heen heb ik deze dozen gebruikt om alles wat ik interessant en belangrijk vond in te bewaren. En ik bewaar best wel veel. Ik kan goed opruimen, maar situaties waardoor ik  een verandering in mijn leven meemaakte, vond en vind ik nog steeds een reden om te bewaren.

Eigenlijk was ik op zoek naar foto’s om een levensloop te maken voor het Huwelijk van mijn zoon. Inmiddels is het totaal iets anders geworden, maar hier zit ik dan tussen allemaal geopende dozen. Ik lees een telegram, door mijn man gestuurd vanaf de H.ms. Isaac Sweers, op dat moment gelegen in Ottawa, d.d. twee Juni 1970, mijn verjaardag: “Nog even meisje, dan ben ik weer thuis.” Ik ben dan weer terug in de haven van Den Helder twee maanden voor mijn toenmalige verjaardag om hem uit te zwaaien. In gedachten weer herinneren het verdriet van het afscheid en de blijdschap om elkaar weer in de armen te sluiten.

Ik open brieven van mijn moeder, geschreven begin jaren zeventig op driehonderd kilometer afstand. Nog geen telefoon, maar waar in die tijd wel de post dagelijks werd bezorgd. “Kind, wij hebben besloten een telefoonaansluiting te nemen.” “We zijn dan dichter bij jou.” Wanneer ik dan deze handmatig geschreven brieven van haar in mijn hand houd, is het persoonlijke handschrift, de manier van schrijven wat mij ontroerd en aan het eind: “Gauw tot ziens, Mama.” Het zien van dit handschrift voegt iets toe aan de ontroering, aan haar herinnering.

Elk handschrift is uniek, net zo als ieder mens uniek is. De vorm, het gebruik van de letters, schuin-, of rechtop schrift. Hoe vaak herken je alleen al aan het zien van het geschreven adres op de nog ongeopende enveloppe van wie de afzender is. Als kind heb ik het schuinschrift geleerd. De letters aan elkaar schrijven. Later op de Middelbare school ben ik in blokschrift gaan schrijven. Waarom? Alles wat anders was vond ik toen interessant en onder mijn klasgenoten was het rechtop in blokletters schrijven populair. Correspondentie wordt nu vaak geprint, het is handig om de letters te typen, het gaat sneller, fouten worden aangegeven en zijn snel verbeterd. Toch mis ik de ziel van het  handmatig geschrevene. Het voegt een persoonlijke stijl toe. Een cursist van mij, voorheen Aanklager als beroep in zijn land, schrijft schuin en aan elkaar. Zijn schrift is prachtig.

Al deze dozen bevatten herinneringen, gebeurtenissen door de jaren heen tot nu toe. Een heel leven vol herinneringen, maar ieder dag kan ik er weer nieuwe herinneringen aan toevoegen. Ik open een brief, een handgeschreven brief, van mijn toenmalige vriend, drie jaar geleden. Hij eindigt zijn brief met: “Met jou wil ik de bloemen plukken die langs onze weg zullen staan.” Een mooiere liefdesverklaring dan dit, had ik zelf niet kunnen bedenken.

  

 


woensdag 14 augustus 2024

Voor jou

 


Voor jou…

Zo groot als de liefde is,

zo klein is het hart.

Alle kamers bijna bezet.

Ruimtes die al zijn ingenomen

aan verloren liefdes, verdriet en eens van liefdevol geluk

al is men de roepende in de woestijn,

voor die ene grote liefde heeft het hart een kamer vrij.

 

Al zoekend de wereld doortrekken.

Lerend van alle momenten,

Verrast door vele ontmoetingen

van mensen die even zijn gekend.

Zoveel sterren als er stralen

Nog steeds is er niet één, niet één die schijnt op mij,

maar één kamer blijft er altijd vrij…

 

Ik zag je lezen onder een schemerlamp,

Ik zag ons wandelen hand in hand

In een laan onder loofrijke bomen.

Niet wezenlijk, slechts waarheden in dromen.

Zoveel mensen als er op aarde zijn,

zoveel sterren als er stralen aan het hemelrijk.

Er zal er eentje zijn, eentje die valt op mij,

Daarom houdt mijn hart een kamer vrij…

voor jou…

 

 

 

 

 

maandag 12 augustus 2024

Klavertje vier en klaverzuring

 

Klavertje vier


 

Wat was het heerlijk wakker worden vanmorgen. Zo waarlijk had ik de lege dekbedhoes over mij heengetrokken. Ik voelde een ietwat verfrissende wind door het openstaande raam. Ik houd van de zomer, van de lange avonden buiten zitten, maar met die hoge temperaturen overdag zou ik het liefst in de koelkast stappen. Een beetje overdreven natuurlijk, maar verkoeling is meer dan welkom met deze hoge temperaturen van boven de 30 graden. Inspannende activiteiten zijn uit den boze en mijn dagelijkse wandelingen laat ik maar even varen totdat de temperaturen weer aangenamer worden. Wel ben ik al vroeg op de fiets gestapt om toch wat beweging te krijgen. Door de gordijnen heen zag ik het al lichter worden in de slaapkamer. Ik probeer altijd in te schatten hoe laat ik wakker ben geworden voordat ik op mijn horloge kijk. De digitale wekker heb ik uitgezet, omdat ik soms wanneer het slapen niet goed lukt, niet iedere keer weet hoe laat het is en hoelang ik al niet kan slapen. Ik had goed gegokt, het was half zes. Je kunt aan de opkomst en ondergang van de zon al goed merken, dat we steeds meer in het zomerseizoen vooruitgaan. De tijdschakelaars van de lampen heb ik de vorige week een half uur teruggezet en de korte nachten in eind Juni zijn al even een tijdje gepasseerd. Ik herinner mij nog de eerste keer, dat ik in Juni, enkele dagen na mijn 21e geboortedag, na een avondje uitgaan op een warme zwoele avond een nacht heb doorgebracht aan de IJssel. Het was het eerste afspraakje met wat later mijn lief en mijn man zou worden. Maar dat wist ik natuurlijk toen nog niet. We praatten, praatten en we hebben de zon zien opkomen, de lucht zien kleuren en het water van een donker lint zien veranderen door de weerkaatsing van het licht. Een belevenis met een sfeervolle en intense herinnering om nooit te vergeten. Zeker, nu met deze temperaturen en zwoele nachten komt die herinnering weer dichterbij. Een intense beleving doordat ik daar zomaar zat met iemand die ik niet verwacht had te ontmoeten. Een intense beleving door de aandacht, doordat ik hem leuk vond, het spannende, de nieuwsgierigheid om meer van hem te ontdekken. En ik merkte, dat het wederzijds was.

Maar goed, vanmorgen dus vroeg op de fiets gestapt. Een aangename temperatuur nog, een helder blauwe lucht en de typische schaduwen van een nog lage stand van de zon. De sfeer voelen van een ontwakende nieuwe dag. Gefietst langs de Oude Maas en gestopt bij de Oude Barendrechtse brug Er is geen brug meer, maar wel zijn er ter herinnering restanten bewaard en daar staan dan ook bankjes. Schepen op hun tocht naar de zee, of landinwaarts in hun eigen tempo op het water voorbij zien glijden. Het was rustig aan en op het water. Aan de waterkant een bijna standbeeld van een reiger en enkele zwanen die dobberden op de boeggolven van een schip. Een stuk rustiger dan gisteren toen ik op het veerpontje zat. Nu op deze vroege ochtend nog geen jetski te zien. Jetski’s die met een behoorlijke snelheid de inzittenden heen en weer bonken door het stuiteren op de golven.

Nu ik zit te schrijven heb ik mij gewapend tegen de hitte. Een heel klein ventilatortje aangesloten op mijn laptop en die houdt mij behoorlijk koel, zodat ik niet met zwetende handen mijn toetsenbord hoef te beroeren. Ook de planten in de tuin hebben last van de warmte. Hortensia’s waarvan de bloemen bruin worden en de druivenstruik laat zijn dorre bladeren vallen. Vorige week was ik het onkruid in de tuin aan het uittrekken. Mijn kleindochter zag mij bezig en zei, maar Oma, dat is mooi, dat zijn roze klavertjes. “Ik ga een foto maken”. Ik vond het onkruid, maar zij liet mij het niet uittrekken. Zijn er hier ook klavertjes vier tussen? Nee, Oma ze hebben maar drie blaadjes. Ik vertelde haar, dat ik jaren geleden in het grasveld bij ons huis in Frankrijk op één plek vijf klavertjes vier had gevonden. Ooh…? En… wat heb je toen gedaan? Iets gewenst? Ik heb ze in een boek gelegd en gedroogd en later in een schilderijtje gestopt voor de verjaardag van mijn toenmalige vriend. Ik vond het op dat moment heel bijzonder dat ik  ze had gevonden en nadien heb ik nergens nog een klavertje vier ontdekt. Ik heb het opgezocht en het is een fout in de genen van het plantje. En het komt uiterst zelden voor, maar dan is er wel een mogelijkheid, dat er dan op dezelfde plek meerdere klavertjes vier gevonden worden. De symbolen van de vier blaadjes: hoop, vertrouwen, liefde en geluk. Alles waar we in het leven op hopen, maar ook kunnen ervaren.

Ik heb de roze, paarse klavertjes laten staan. De naam is klaverzuring en is wel onkruid…! Maar ja… mijn kleindochter…

 

woensdag 3 juli 2024

Ik mis het liefde geven


 


 

Ik mis het liefde geven, dat was het eerste wat ik dacht bij het ontwaken na een droom. In mijn droom zat ik met… het is mij nog steeds niet duidelijk met wie, al probeer ik daar wel achter te komen, maar dat lukt mij niet. In mijn droom zat ik met iemand, notabene bij een voetbalwedstrijd, op een tribune zonder stoeltjes, dus alleen trappen. Ik zat op de trede beneden hem en leunde met mijn rug tussen zijn benen. Hij had zijn armen om mijn schouders geslagen en ik voelde de warmte van zijn handen en zijn lijf. En dat was het dan voor ik wakker werd. Maar het gevoel van warmte, een soort genegenheid bleef hangen. En toen dacht ik: ik mis het liefde geven. Liefde geven op een andere manier, dan mijn kinderen lief hebben, mijn kleinkinderen in de armen houden en/of knuffelen. Het is een ander soort liefde geven. Ik weet hoe verliefdheid voelt, ik ken het gevoel van houden van, ik heb het gekund, iemand liefhebben met hart en ziel. De tijd gaat vooruit, maar het verlangen naar vertrouwdheid en verbondenheid zal nooit veranderen, op welke leeftijd dan ook. Een knipoog, een arm om je heen, hand in hand, een kus voor het weggaan, het mogen zijn wie je bent. Aspecten die mijn leven warmte hebben gegeven. Daarom ik mis het liefde geven. Geven en ontvangen van iemand die van mij houdt en van iemand waar ik van houd.


 Liefde

Liefde die ik over heb,

Ik raak het niet kwijt.

Ik heb liefde voor anderen,

voor mijn kinderen.

Het is anders dan dat ene,

die ene liefde in verbondenheid.

 

Ik mis

dichtbij een lijf om te strelen.

Een hand die ik leid

een hand die mij leidt.

De warmte in beide harten,

lippen die naar elkaar smachten

al het overschot aan liefde zou ik willen delen.

 

 

 

 

maandag 17 juni 2024

Toen daar...

 Toen daar…




Toen daar, op dat moment

in het midden van een kring.

Lachende gezichten, armen om elkaar heen.

Allen eensgezind als vrind,

stond ik daar In het middelpunt, alleen.

 

Toen daar, op dat moment

Ik dacht, het is een spel.

Niemand is gemeen,

maar ze veranderden in wolven.

Samenwerkend, uitziend naar een prooi

en ik… ik stond daar heel alleen.

 

Toen daar, op dat moment.

Een bal aan mijn voeten,

ik schopte hem uit de kring.

Allen stoven uiteen,

alsof ze zichzelf bewijzen moesten

In een groep die zich slechts aan pesten ophing.

 

Toen daar, op dat moment

Eensgezind keerden ze met de bal weer terug

Maar ik… ik had hun zwakke plek gevonden.

Kwetsbaar als individu, ook wanneer men het als groep ontkent.

Ik koos er niet voor om gekwetst te worden,

of mij mentaal te laten verwonden,

maar… 

zonder regen is er geen regenboog.