Zoeken in deze blog

dinsdag 21 februari 2023

"Korkma"... niet bang zijn

 

Een uitgestoken hand





Mijn zoontje van twee had zich eens verstopt. Ik was hem overal in huis aan het zoeken, daarna buiten overal gekeken. We hadden net ons nieuwe huis betrokken waarvan de tuin nog moest worden aangelegd waardoor rondom het huis alles nog open en bloot was. Geen omheining van struiken, een schutting, of een heg afgesloten met een tuinhek. Eenmaal binnen riep ik hem en zei aldoor: “Waar je ook bent, kom tevoorschijn. Wees maar niet bang, ik zal niet boos op je zijn. Mama maakt zich alleen maar ongerust”. En daar ging het keukenkastje onder de gootsteen open en zag ik mijn kind met een glunderend gezichtje naar mij opkijken. Ik stak mijn hand naar hem uit en hielp hem naar buiten, nam hem in mijn armen voor een zoen. Voor hem was het een spelletje en ik lachte met hem mee.

Het moet er binnen donker zijn geweest, met misschien een klein kiertje licht. Het is een rare overgang, maar door al die verschrikkelijke beelden van de recente aardbevingen in Turkije en Syrië, kwam de herinnering aan mijn zoontje in het keukenkastje weer boven. Hoe men zich dan wel niet moet voelen, wanneer men het heeft overleefd. In het donker gelegen onder het puin met misschien een klein kiertje licht. Op één van die vele beelden op Tv zag ik een reddingswerker met uitgestoken hand tegen iemand gelegen onder het puin in het Turks zeggen: “Korkma”, ‘niet bang zijn’.

Op 13 April 1992 in de vroege ochtend was er in de omgeving van Roermond een aardbeving met een kracht van 5,8, net zo hevig als de derde hevige aardbeving van gisteren in het grensgebied van Turkije en Syrië. In Zeeuws Vlaanderen heb ik die beving in het Zuiden van ons land toen ook gevoeld. Ik werd wakker en ik hoorde een geluid wat leek op een aankomende trein, daarna beefde het bed een korte periode. Mijn toen inmiddels 16 jarige zoon kwam naar beneden en vroeg: “Mam, wat was dat? Heb jij het ook gevoeld?” Het was een vreemde gewaarwording, maar totaal niet te vergelijken en voor te stellen wat al die mensen in het huidige rampgebied ervaren.

 Niet bang zijn

Een uitgestoken hand

van mensen die helpen

komend uit een ander land.

Verschil in ras, of geloof

is niet van belang.

Een uitgestoken hand

voor mensen in nood,

voor mensen die bang

en verdrietig zijn,

om het verlies van geliefden

door de dood.

 

Wanneer er wereldwijd zoveel liefde is om mensen in nood te helpen, kan ik mij haast niet voorstellen dat er mensen zijn die zo nodig in hun machtsstrijd volkeren door hun oorlog willen vernietigen. En toch gebeurt het nu al een jaar in Oekraïne. De uitgestoken hand om vrede te bewerkstelligen zal nooit door de Russische leider aangenomen worden. Mijn hoop daarop is tenminste al lang vervlogen. Helaas.

 

Zoveel warmte ,liefde en begrip zat er in die uitgestoken hand van de reddingswerker. Een beeld dat mij altijd bij zal blijven.

“Korkma” “Niet bang zijn”

 

 

 

 

 

woensdag 8 februari 2023

Aan huis gekluisterd

 

Aan huis gekluisterd


Ik kan mij de lock down in 2020 nog goed herinneren. Mensen in Verpleeghuizen zwaaiend achter de ruiten. Geïsoleerd door een heersende pandemie, die maar niet scheen op te houden. Heftige maatregelingen die ernstige zieken in ziekenhuizen van familie scheidden. Aanraken was uit den boze, terwijl een knuffel juist kan bijdragen aan herstel.

Dit alles lig ik te bedenken onder mijn dekbed. Ik lig te rillen zo koud als ik het heb. Mijn hoofd barst haast uit elkaar, mijn keel is als schuurpapier…Ik heb Corona, of Covid 19, of Omikron, hoe je dit ellendige virus ook mag noemen, of wat het ook mag zijn. Ik weet het niet, het is alleen de uitslag van de test die mij bewees dat ik positief was. Ik voel mij verstopt achter de voordeur, achter de neergelaten jaloezieën, misschien wel achter de plinten waar het stoffig is en waar nog meer leven lijkt verstopt als nu in mijn woning. Het is akelig stil en het wordt steeds stoffiger. Niemand mag binnenkomen, en de stofzuiger heeft voorlopig ook rust. Het leven buiten gaat gewoon door, maar hierbinnen heerst rust, alleen mijn lichaam is hard bezig dit virus buiten de deur te krijgen. Zelfs mijn geluidsinstallatie is ermee opgehouden. Ik heb nu geen energie om er naar te kijken. Wanneer ik probeer iets van het nieuws in de grote wereld mee te krijgen moet ik het zonder geluid doen. Uiteindelijk geeft het niet, mijn hoofd kan geluiden toch nog slecht aan. Regelmatig dommel ik weg en droom de vreemdste dromen. Het herinnert mij als kind eraan toen ik ziek was. Er was altijd mijn moeder, met een strelende hand, een drankje voor de hoest, of een warm kopje thee, of kippensoep. Nu zou ik heel graag kunnen roepen: “Mama!”. Het kind zijn in jezelf raak je nooit kwijt. Ik ben zelf moeder en heb op die manier ook voor mijn kinderen gezorgd. Ik weet hoe het voelt. Ziek zijn zonder iemand in de buurt om je met liefde te omringen, voor je te zorgen, je kunnen verwennen voelt toch wel als een gemis. Mij ellendig voelen benadrukt dit gevoel nog maar eens extra. Soms voelt het eenzaam. Ik ga er uit voor het maken van een kopje thee met honing. Boodschappen regel ik met de buren, die het voor mijn gesloten deur achterlaten.

Nu ik dit schrijf ben ik gelukkig weer aan de beterende hand. Alleen de hoofdpijn is nog wat rest, maar dat schijnt te horen bij de naweeën van dit virus en kan volgens de huisarts nog wel even duren. Kan mij niet heugen dat ik ooit zoveel Paracetamol heb gebruikt. Het is een raar virus.

Enkele dagen voordat de eerste verschijnselen zich voordeden heb ik nog een klassiek concert bezocht en ik heb genoten van de muzikanten die speelden op klarinet en piano. Daarna met vriendin in een nabijgelegen restaurant nog iets gegeten en gedronken. Zoals velen die ziek zijn, of zijn geweest is er vaak een periode voor en na het ziek zijn. Gelukkig waren achteraf mijn ziekteverschijnselen mild.    

Vandaag schijnt de zon en ga ik straks maar eens naar buiten voor een blokje om. Rustig aan mijn verloren conditie weer opbouwen. Alle verstopte muizenissen buiten weer vergeten, mensen spreken, weer deelnemen aan het leven. De stofzuiger tevoorschijn halen  en al de stofresten, ook achter de plinten verwijderen. De jaloezieën ophalen en de zon binnenhalen. De strijd is gestreden. Ik voel me niet meer verstopt.


    

maandag 19 december 2022

Mijn vreemdeling

 

Mijn vreemdeling

 


Ik ging zitten en opende het deksel van de piano,

plaatste mijn vingers op de toetsen.

Meer dan ‘Vader Jacob’ wordt het niet.

Dan jij…, jij nam plaats naast mij.

 

De openbare ruimte vol met divers publiek.

Je begon te spelen en  nam mij mee

in een melodie vol hartstocht, verlangen en heimwee.

Klanken over het land waarin je woonde, over het huis waarin je droomde.

 

Ik voelde de warmte van onze billen.

Twee onbekenden op een te kleine kruk.

In de cultuur kunnen we verschillen.

Het is de muziek die ons verbindt.

 

Twee mensen, elk uit een ander land.

Je nam mijn hand, donker op wit,

leidde mijn vingers, ik mocht het ritme volgen

in de emotie die in jouw verleden zit.

 

Misschien kom ik je op straat nog eens tegen.

Al ben je steeds verder weg van wat ooit eens is geweest,

laat het geluk in jouw muziek blijven stromen.

In mijn herinnering luister ik met je mee.


dinsdag 1 november 2022

Een man aan een tafel

 


Een man aan een tafel

 

Hij hing zijn jas over de leuning van de stoel

en legde zijn sleutels neer.

In de weerkaatsing van het raam zijn evenbeeld,

voor deze avond zijn enige metgezel.

 

De man aan de tafel hield van het leven.

Hij hief het glas

en proostte naar zijn schaduw.

Een glimlach vergezelde de toost voor even

 

De man aan de tafel hield van een goed gesprek.

Zo leeg de stoel tegenover hem.

De glans in haar ogen was hij niet vergeten.

Haar woorden slechts herinneringen uit een voorbijtijdsbestek.

 

De man aan de tafel was in gedachten.

Met zijn vinger tekende hij de patronen na op het tafelkleed,

zag beelden terug van tijden toen ze samen lachten,

over zijn wang een traan die uit zijn ooghoek gleed.

 

De man aan de tafel knikte naar de andere gasten.

Allen onwetend over het eiland waarop hij verbleef.

Gedachteloos reikte hij naar handen die moeiteloos in elkaar pasten

en liet zich meevoeren met de golven waarop hij dreef.

 

 

 

 

 

zondag 23 oktober 2022

Ritme van leven

 

Ritme van leven






Een hart dat zoveel slagen kent.

Het aantal door een monitor worden geteld.

Draden naar apparatuur ter controle aangelegd

Een lichaam dat door ziekte is geveld.

 

Vloeistof wat geruisloos verdwijnt

via een slangetje naar een hand.

Druppel na druppel,

totdat alles in het lichaam is beland

 

Een kraan die ergens lekt.

Vallende druppels die harttonen overstemmen.

Het ritme in de kamer onderbroken.

Een gevoel van veiligheid geremd.

 

Voeten dwingen te gaan de kraan te sluiten.

Zachte voetstappen op de gang.

De wereld hierbinnen stopt het buiten.

Apparaten hebben het leven in de tang.

 

Het verkeer buiten is zich nergens van bewust.

Ineengestrengelde handen.

Een hoofd dat op een buik rust.

De zon tekent patronen op witte wanden.

 

Vaag het horen van gesprekken bij de koffieautomaat.

Hierbinnen serene rust.

Enkel het geluid van een kloppend hart.

Het ritme van leven.

 

 

vrijdag 7 oktober 2022

Spinnen en minnen

 Spinnen en minnen 





Misschien dat ik van je zou kunnen houden 


wanneer ik je ergens ontmoet. 


Misschien dat ik je zou kunnen omarmen


wanneer je mij vol van verlangen begroet. 


Misschien zou ik je kunnen aaien


wanneer je mij probeert te verleiden met je harige vacht.


Maar ik ben de dans ontsprongen. 


Binnen je territorium heb je te lang gewacht. 


Ook al zwaai je enthousiast.


Maak je uitnodigende bewegingen.


Dans je de ruimte rond... 


Voor geen goud zal ik van je gaan houden. 


Ik zet je buiten, jij harige spin, 


Je zwaait maar tegen mij achter de ruiten. 

 

 

zondag 4 september 2022

Verhalen en ontmoetingen

 

Boekensteunen, verhalen en ontmoetingen



In mijn wandmeubel in de huiskamer staan diverse boeken ondersteund aan weerszijden door boekensteunen. Ze zijn bijna net zo oud als ik nu ben. Boekensteunen die, als ze de mogelijkheid hadden, een verhaal zouden kunnen vertellen. Een verhaal over mijn leven, mijn interesses, een soort levenscyclus. Ze zijn al oud en aan het eind van de reeks worden ze nog steeds verplaatst voor nieuwe aanwas. Van het verleden naar het nu. Een historie waarin te zien is hoe de tijd is veranderd. De schrijfstijl, het woordgebruik, maar vooral ook de vooruitgang van kennis en wetenschap. Vanaf mijn huwelijk staan er boeken die mij lief zijn en ik nog steeds bewaar. Exemplaren zijn er in de loop van mijn leven ook verdwenen. O.a. de encyclopedie. Door al onze digitale communicatie zijn ze nu helaas overbodig geworden. Hoewel ik nu wel eens het naslagwerk op papier mis. Om ruimte te maken heb ik afscheid genomen van boeken en gebracht naar de bibliotheek, of een kringloopwinkel, en wie weet staan ze nu tussen boekensteunen bij iemand anders in huis die ervan kunnen genieten.

Achter gesloten deurtjes in mijn kast liggen verborgen de fotoalbums, Een heel leven zichtbaar in beeld en met vergezeld van die beelden is het een heel verhaal. Wanneer ik vanaf het allereerste begin over die foto’s zou gaan vertellen en zou gaan opschrijven zou ik mijn levensverhaal inzichtelijk kunnen plaatsen tussen de  boekensteunen. Gelukkig zijn boekensteunen om te verschuiven, want het verhaal van mijn leven is nog lang niet ten einde.

Mijn moeder zei dikwijls: ‘Wie veel reist kan veel verhalen’. Mijn laatste reis, eind Juli, was naar het Noord Westen van Spanje. Ik verbleef bij een vriend in de stad Oviedo, gelegen in de provincie Asturië. Een levendige stad, vol met o.a. bars, café's en restaurants. De omgeving is prachtig met groene heuvels. Heel anders dan hier in Nederland, waar door de droogte het gras op diverse plekken verdord en geel is. Tijdens het reizen ontmoet je en zie je op afstand veel mensen en kom je gewild, of ongewild in diverse situaties terecht. Ik zat ingeklemd in het vliegtuig tussen twee mensen. Ze zijn totaal onbekend voor mij en weet niet uit welk land ze komen. Stiekem ben ik dan benieuwd naar de achtergrond van hen, de taal en het doel van de reis. Ja in 1e instantie naar Madrid waar het vliegtuig heen ging en ik moest overstappen. Soms lukt het om een gesprek te voeren, maar de mensen naast mij hadden er kennelijk geen behoefte aan. Aan de krant te zien die mijn medepassagier las die links van mij zat, kon ik opmerken dat de taal Duits was, maar ja… Duitsland? Zeker weten doe ik het nog niet.

Dat was op de terugweg anders. Door omstandigheden wegens de treinstaking, stremden veel reizigers op het treinstation van vliegveld Brussel Zaventem, waaronder ook ik. Leed brengt veel mensen samen. De gesproken woorden van mijn moeder nog maar eens aanhalen: ‘In tijden van oorlog, gaat iedereen naar de kerk’. Dit is nu natuurlijk al lang niet meer het geval, maar deze uitspraak geeft wel de situatie weer zoals afgelopen week in Brussel. Mensen met volle koffers dromden op het station bij elkaar. Mensen uit diverse landen, met bestemmingen naar Nederland, maar ook om verder te reizen onderweg naar Schiphol en andere luchthavens. Ik heb met diverse mensen uit verschillende landen, maar ook Nederlanders gesproken. Maar één ontmoeting is mij bijgebleven. Een man van ongeveer vijfenveertig tot vijftig schat ik, vroeg mij om hulp. We raakten in gesprek. Hij vertelde, dat hij uit Oekraïne kwam en onderweg was naar vrienden in Almere. In het Engels konden we redelijk communiceren. Hij was vriendelijk en behulpzaam. Droeg mijn koffer waar nodig en samen hebben we onze weg gezocht om zo dicht mogelijk bij de grens te belanden. Na een aantal uren, het was ondertussen bijna middernacht, zijn we op station Roosendaal beland. We staan op het station nog wat te praten, maar opeens zie ik op het bord een trein die hem dichter bij Almere kan brengen. Haastig rent hij de trappen af naar het andere perron en hij was verdwenen. Een ontmoeting met iemand die vreemd is, maar die toch een saamhorigheid met zich meebracht, namelijk samen een doel te bereiken. Ik zal hem nooit weer ontmoeten en nooit weten hoe het hem gelukt is en hoe het verder met hem gaat. Een kortstondige ongeplande ontmoeting van een aantal uren, waarover ik nu een verhaal kan vertellen. Maar ik zal mij altijd blijven afvragen… 

Uiteindelijk ben ikzelf met een taxi thuisgekomen.


 

   

    

dinsdag 2 augustus 2022

De liefde verloren

 


De liefde verloren

 

Aan een ragfijn spinsel draadje een druppel,

verworven door het vocht van de koele nacht.

Het spat uiteen in de palm van mijn hand,

net zoals dromen uiteenvallen na de liefde te hebben verloren.

 

De verdwenen liefde voor de aarde, de mensheid, het land,

de grond waar voedsel op wordt verbouwd.

De liefde kwijtgeraakt in het leiderschap

waarop door gestemde burgers werd vertrouwd.

 

Machthebbers die de liefde voor de mensheid hebben verloren.

De druppel spat uiteen in de palm van mijn hand,

waarna verspreide nevel verdwijnt in een afgrond

waarin vrede moeilijk te vinden valt.

 

Het schip met het graan is vertrokken. 

Hopelijk in veilige wateren onderweg.

Met de druppel die uiteenspat in de palm van mijn hand

wens ik, dat dit nevelbad liefde verspreidt en bijdraagt aan verder vredesoverleg.


 

 


 

 

 

 

 

donderdag 14 juli 2022

Jeg Elsker Dei

 


Jeg Elsker Dei,

dat zei mijn toenmalige vriend aan de telefoon tegen mij tijdens zijn verblijf in Noorwegen wegens zijn werkzaamheden bij de Marine. Later, inmiddels mijn echtgenoot geworden, fluisterde hij nog wel eens die woorden. Ik kende de taal niet, maar door de intonatie tijdens het gesprek begreep ik het wel. “Jeg Elsker Dei.’ “Ik houd van jou.”

Taal is een oceaan van woorden en taal was er al voor wij werden geboren en zal er daarna nog altijd zijn. We hebben de keuze uit al die woorden die hun betekenis hebben en aan ons de keus hoe we taal gebruiken en dat zelf invullen. In films kom ik de uitspraak ‘ik hou van jou’ vaak tegen tijdens verliefde scènes, onlangs in een Turkse serie; “Ben seni Seviyorum”  “Ik houd van jou.” Ik hoef de taal niet te kennen om te begrijpen wat er werd gezegd. In een prachtige Turkse Lyric van Chem Adrain “Ben seni cok sevdim’ wordt met mooie tekst de liefde verhaalt.  Jane Birkin met Je t’aime, een nummer door ons aller bekend denk ik zo. Door de wijze van zingen, de gevoelens en de muziek  tijdens dit nummer, is het kennen van de Franse taal niet eens nodig. En of de uitdrukking nu in het Spaans “Te Amo”, in het Engels “I love You”, of in het Duits “Ich liebe dich” wordt gezegd, wanneer men elkaar omhelst, het gevoel laat spreken, verstaat men elkaar.

En of de maan nu in Italië “Luna”, in Frankrijk “La Lune”, of in Engeland “The Moon” schijnt, we hoeven er maar naar te wijzen, of men begrijpt elkaar. Taal is niet enkel kunnen spreken, maar ook communiceren via gezichtsuitdrukking, gevoelens, en gebaren.

Men kan een vreemde taal leren, maar kent dan nog lang niet alle uitdrukkingen die in dat land al jarenlang in gebruik zijn. Door onze moedertaal zijn wij ermee opgegroeid. En om onze eigen uitdrukkingen in een andere taal te vertalen en te gebruiken zal men vaak niet begrepen worden. Bijvoorbeeld de uitdrukking “Beren op de Weg”, met deze uitdrukking wordt vaak aangegeven, dat men problemen verwacht. Echter vertaald in het Engels: “Bears on the road” komt deze uitspraak geheel anders over. Het is geen bestaande uitdrukking en zal dan ook niet begrepen worden.

Ik heb enkele jaren in Frankrijk mogen verblijven. Hoewel ik redelijk de Franse taal beheers, mistte ik dikwijls om mij  eenvoudig te kunnen uiten met een gerelateerde uitspraak. Ik heb enkele Franse uitdrukkingen geleerd, maar ééntje hoorde ik dikwijls wanneer mensen aan elkaar vroegen hoe het ging: “Au Boulot, Au Boulot”, Werken, werken, werken, oftewel altijd maar werken, druk, druk.

Hoe dan ook, communiceren is belangrijk om te verbinden, te kunnen uiten op wat voor manier dan ook. Ik heb genoten toen mijn kinderen de eerste woordjes na zeiden en later hun eigen gesprek voerden in een taal die alleen wij als ouders konden verstaan. Grappige woordkeuzes, die ons vaak aan het lachen maakten. Wijzend naar een vliegtuig en dan horen van mijn zoon: Kijk, vlievuig!

Hoewel mijn moedertaal Nederlands is vind ik “Je t’aime”, of “I love you” toch romantischer klinken dan “Ik hou van jou” in het Nederlands. En natuurlijk “Jeg Elsker Dei” zal ik nooit vergeten, al spreek ik verder geen woord Noors.


donderdag 7 juli 2022

Istanbul

zondag 3 juli 2022

APK

 

APK




Het is irritant, er zit een steentje in mijn schoen. En ja… niet zo verstandig, ik ben met blote voeten in de schoenen vertrokken. Geen sokken aan. Aangezien ik op een schelpenpad loop is het geen optie om mijn schoen uit te trekken en op één been te gaan staan. Bijna zeker is dat ik mijn evenwicht verlies en met mijn voet nu zonder schoen nog meer steentjes verzamel. Maar een eindje verder weet ik dat er een bankje staat. Het bankje aan de Vliet.

Er komt een hondje naar mij toe en ik weet aan wie die behoort. Het bankje zal dus bezet zijn. Ik heb er al eerder over geschreven. De man die al plaats heeft genomen op het bankje ken ik. Nou ja, kennen, dat ook weer niet echt, ik weet niet eens zijn naam. Een wat oudere man, die op deze plek vaak uit rust i.v.m. zijn etalagebenen. We komen elkaar regelmatig tegen tijdens een wandeling. Iedere keer wanneer hij er al zit, klopt hij uitnodigend naast zich, zonder iets te zeggen. We maken vaak een praatje.

Ik wens hem goedemorgen en ga naast hem zitten. Ik krijg een aai van de tong van de hond over mijn benen. Ik trek mijn schoen uit, schud hem ondersteboven heen en weer en trek hem weer aan. ‘Geen sokken’, zegt mijn buurman. Hij voegt er nog aan toe: ‘Niet zo verstandig!’ Ik weet het, antwoord ik, maar soms ben ik gewoon lui. Ja, dat gebeurt mij ook wel eens, bromt hij. ‘Ik moest alweer een tijdje geleden voor de APK en ik had geen zin om een afspraak te maken.’ Ze vinden altijd wel wat! Ik kijk hem aan, ja, soms kunnen ze wel wat ontdekken, maar soms ook niet. En de APK is toch verplicht?! Daar kun je toch niet onderuit?! Al brommend gaat hij verder: nee, niet van de auto, van mijn lijf. Ze willen weten, of alles nog gesmeerd loopt. Ietwat verbouwereerd vraag ik: ‘Wil jij dat dan niet weten?’ Ach ja, is zijn reactie, ik voel mij goed, geniet van het leven. Geniet van alles wat mijn vrouw op tafel zet, de heerlijke maaltijden die zij klaar maakt. En ik weet, dat we voeding gebruiken die zo gezond mogelijk is. Ik drink af en toe een biertje, of een glaasje wijn. En dan komt de uitslag, krijg ik het advies om wat aan mijn gewicht te doen en mag ik niks meer en krijg ik er ook nog een aantal pilletjes bij. En met een gefronst voorhoofd kijkt hij in de verte naar zijn hond. Roept hem en voegt eraan toe: ‘Daarna ga ik mij pas zorgen maken en daar heb ik geen zin in. Dus blijf ik lekker op mijn manier door gaan. Wat dat betreft ben ik liever lui dan moe!’ Hij staat op: ‘mijn vrouw wacht op ons hondje en mij, want de koffie zal ze al wel klaar hebben’. ‘Gisteren heb ik haar nog een bloemetje meegebracht. Al staand voegt hij er nog aan toe: ‘We genieten op onze leeftijd samen van de kleine dingen en voelen ons daar gelukkig bij. Is dat niet wat er toe doet?’ Hij heft zijn arm als een groet en wenst mij nog een fijne, maar vooral zorgeloze dag toe.

Ik vertrek ook en moet nog steeds aan het gesprek denken. Meten is weten, maar is soms jezelf happy voelen niet belangrijker, dan van alles maar de wetenschap hebben wat in getallen is vastgelegd? In dit geval dan van de medische APK? Ik vraag mij dat wel eens af. Na metingen zullen er altijd bepaalde indicaties zijn die actie vereisen. En niet iedereen zal een meting op dezelfde manier beoordelen. Iedere situatie kan anders zijn. Het gaat om actie te ondernemen over het totaal plaatje om, in samen spraak met, tot een eventuele behandeling te komen.

Moet men dan maar de kop in het zand steken, zoals die man met het hondje doet? Ik stel mij zelf maar gerust. Hij moppert wel wat, maar zijn vrouw houdt van hem en zal wel een oogje in het zeil houden.

 

donderdag 23 juni 2022

Blote voeten...


 

Ik loop graag op blote voeten, in huis, maar ook buiten. Nu het zomer is nodigt dit nog veel meer uit. In de vroege morgen de dauw op het gras en de sprietjes tussen je tenen voelen. De warmte van het zand op het strand en in de koelte van het zeewater, het natte zand door de golven onder je voeten voelen verdwijnen. Het is de sensitieve eigenschap van de huid. Niets is er zo gevoelig als aanraking van de huid. Een vleugje wind, wat als een aanraking van een veertje de haartjes op je armen laten bewegen. De vingertoppen die de kleinste oneffenheid van je huid ontdekken. Een pasgeboren baby laten uitrusten op de borst van de moeder, huid op huid om de stress van de geboorte te vergeten en de baby zich veilig laten voelen. Aanraken is ons niet aangeleerd, het zit in ons vanaf de geboorte. Dat is wat aanraken doet.

Het vervelende is dat op blote voeten buiten lopen ook risico’s met zich meebrengt. Waarschijnlijk heb ik toch op iets scherps getrapt, want onder de bal van mijn voet heb ik pijn. Ik kan niet zo snel iets ontdekken. Misschien zit er een splintertje in, maar dan zie ik toch een sneetje. Een pleister erop en ik trek mijn wandelschoenen aan. Echter erg comfortabel is het niet en ik krijg steeds meer last van mijn voet.

Ik zit op de dijk op een bankje aan de oever van de rivier ‘De Kil”. Het is een aangename temperatuur met de zon aan een strakblauwe hemel. Het is druk op het water diverse schepen met vracht doen golven tegen de kant slaan, maar ook plezier bootjes vinden tussen de grotere schepen hun weg. Ik houd van de omgeving van water. De activiteit zien van de schepen bij het in- en uitvaren van sluizen. De weidsheid en de verdwijnende horizon van de zee. De zilte lucht en de wind door mijn haren.

Wanneer het even rustig is kijk ik naar het water, naar de stroming, de bewegingen die soms alle kanten opgaan. Waardoor het zo ontstaat, ik weet het niet. Waarom is de stroming niet rustig richting naar zee? Ik kan niet onder water kijken, maar het intrigeert mij wel. Evenals waar al die schepen naar toe gaan, het leven aan boord en de mensen op de plezierbootjes. Een jong stel wat al liggend op het dek elkaar zoent, een ouder echtpaar, hij aan het stuur en zij ontspannen rondkijkend in een ligstoel. Ik heb mijn fiets tegen het bankje gestald Op een ander bankje iets verder weg, eveneens een fiets tegen het bankje, waarop een man zit, die net als ik over het water en de omgeving tuurt. Ik ken zijn gedachten niet. Hij zal vast dingen anders beleven dan ik. Zo probeer ik soms mensen te analyseren. Op een druk station bijvoorbeeld. Wachtend op mijn trein en diverse reizigers zie aankomen en vertrekken. Geliefden die vertrekken en elkaar nog even omhelzen. Mensen met aktentassen en mensen die met zware koffers zeulen. Allerlei mensen met een eigen leven. Misschien als ik het zou kunnen ontdekken, mensen die gelukkig, of ongelukkig zijn, mensen die een gezin thuis hebben, of misschien wel alleenstaand zijn. Ze gaan voorbij en ik zal ze nooit meer zien. Maar die man op het bankje even verderop zal vast genieten van de omgeving neem ik dan maar aan, net als ik doe. Ik zie hem opstaan, nog een slokje water nemen en zie hem vertrekken. Ik had natuurlijk een praatje kunnen gaan maken, mijn gedachten kunnen delen. Dikwijls doe ik dat ook. Ik heb het moment laten varen.

Gisteravond ben ik naar een cursus geweest wat ging over dementie. Het herkennen van de ziekte, hoe ga je om met mensen die dementeren, het belang van aanraken. Een hand op iemands hand, aanraken als middel tegen stress.

Fysieke aanrakingen zijn belangrijk voor een mens. We hebben de gelukshormonen nodig die zorgen voor een veilig gevoel. We kunnen niet zonder. Als je aangeraakt wordt kun je pijn beter verdragen, je ervaart minder stress en je voelt je gelukkiger. Het zijn niet alleen woorden die troosten, maar aangeraakt worden, een arm om je heen, een knuffel. Aanraking is net als zuurstof en voeding een primaire behoefte.

Dat zat ik dus allemaal te bedenken op dat bankje aan de rivier op een mooie zonnige dag gisteren. En ja… ik mis als alleenstaande de aanrakingen, maar ook om op bepaalde momenten fijne belevenissen te kunnen delen, zoals mijn gedachten aan het water.

 

vrijdag 10 juni 2022

Ben Seni Çok Sevdim... ik hield zoveel van jou... lyric

 


Hagia Sopia



Ik hield zoveel van jou…

is de vertaalde tekst van ‘Ben Seni Çok Sevdim’ een Turkse Lyric’. Afgelopen weekend liepen zoon en ik langs de kade van de Bosporus in  Istanbul. Een drukke kade volop levendigheid, aankomende en vertrekkende toeristen, maar ook forensen via de diverse verbindingsboten naar de overkant van de stad en naar de overige liggende eilanden. Op aanwezige bankjes zittende mensen die een ijsje eten, of een broodje simit hebben gekocht van de verschillende aanwezige kleine kraampjes. Om ons heen een wirwar van diverse nationaliteiten. Verschillende talen bereikten onze oren, maar ook melodieën van straatmuzikanten. We stonden stil bij een drietal muzikanten omringd door een groot aantal luisteraars. Na een aantal songs herkende ik de melodie. ‘Ben Seni Çok Sevdim’ “Ik hield zoveel van jou’. Ik was weer terug in momenten van beleving tijdens Turkse series die ik had gezien op Netflix en Youtube. De omgeving, het proeven van de sfeer en deze muziek gaf een extra dimensie aan mijn aanwezigheid in deze bruisende, omvangrijke, bijzondere en culturele stad in het Europese en Aziatische deel van de Turkije.



Nu ik weer thuis ben en nog vol ben van de verse herinneringen denk ik aan de tekst van deze lyric. De tekst en melodie geven een weemoedig gevoel van afscheid. Een afscheid dat ik moest nemen van deze stad, maar ook aan afscheid moeten nemen van liefdes in mijn leven, die ongemerkt op zo’n moment gevoelens van weemoed oproepen.

Ik hield zoveel van jou…

De kostbare parel van een oester

Jij verbergt je, zoals ik mij verberg

Ik hield zoveel van jou, zo diep, diep, diep

Misschien is het moeilijk te begrijpen mijn stilte

Je leest de woorden uit mijn ogen

Ik hield zoveel van jou, ik hield zoveel van jou

Jouw gouden wimpers in de winterzon

Ik hield zoveel van jou, ik hield zoveel van jou

https://youtu.be/Wce8-aiOKzM  

Dat is wat muziek doet, emoties oproepen van belevenissen. Zo zal deze stad altijd een blijvende herinnering zijn door de het beluisteren van deze muziek op de kade in Istanbul. Een blijvende herinnering aan de gesprekken van ons beiden. Een moeder en zoon samen op pad en s ’avonds genietend op een terras van een drankje met het zicht op de verlichte brug over de Bosporus.